Binnenlaarzen

 

Deze binnenlaarzen voor een man zijn gemaakt van schapenvacht. Ze werden mogelijk gedragen in de buitenlaarzen 5999-2. Dergelijke bontlaarzen waren het normale schoeisel in Oost-Groenland, ook...

Maker
Gerelateerd: J. (Jacob) van Zuijlen (1906 - 1995)
Objectnummer
RV-5999-4
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
1932-1934
Herkomst
Groenland- Oost

Deze binnenlaarzen voor een man zijn gemaakt van schapenvacht. Ze werden mogelijk gedragen in de buitenlaarzen 5999-2. Dergelijke bontlaarzen waren het normale schoeisel in Oost-Groenland, ook voor de buitenlanders die er verbleven. Europees schoeisel was (nog) niet te koop bij de handelspost en voldeed veel minder aan de arctische omstandigheden. De laarzen zijn gemaakt voor en gedragen door de verzamelaar Jacob van Zuylen. Leren laarzen met dergelijke binnenlaarzen werden vooral in de zomer gedragen. Ze werden waterdicht gemaakt door ze in te smeren met zeehondenolie. De naden zijn genaaid met een waterdichte steek. In deze buitenlaarzen werden binnenlaarzen (of sokken) gestoken, zoals hier te zien zijn, die normaal gemaakt werden van zeehondenbont, met de haarzijde naar binnen, dus tegen de benen van de drager. Schapenvacht werd niet gebruikt door de Oost-Groenlanders (wel benutten zij hondenbont voor binnenlaarzen). Mogelijk heeft van Zuylen de schapenvacht zelf meegebracht of gekocht bij de handelspost en een Groenlandse vrouw gevraagd deze binnenlaarzen voor hem te naaien. De vorm lijkt sterk op de toen gangbare binnenlaarzen, maar het verticale donkere stuk leer rond de voornaad wijkt af. West Groenlandse invloed is zichtbaar.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie