Keuvel of streekdrachtmuts, bol van wit tule met witborduursel, rondom lichtblauw tule met wit kant

Mutsenbol: eenvoudig doorgestopte witte machinale tule. Naad van middenvoor tot halverwege. Daaraan een strook lichtblauwe katoenen tule. in de nek een bandje met gaatjes en een rijglintje. Kant: kloskant met doorlopende draden van het Rijselse type uit Beveren-Waas, België. Driebloemer, 14,0 cm breed.