Zilveren amuletsieraad in de vorm van een handje

 

Amuletsieraad in de vorm van een hand versierd met sterretjes en kruizen, twee herhaalde florale motieven en bloemrozetten (rosaces). Dit amuletsieraad wordt om de hals gedragen. Soms als...

Objectnummer
TM-3957-1
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
voor 1971
Herkomst
Zuid-Marokko

Amuletsieraad in de vorm van een hand versierd met sterretjes en kruizen, twee herhaalde florale motieven en bloemrozetten (rosaces). Dit amuletsieraad wordt om de hals gedragen. Soms als onderdeel van een halssnoer of van een borstsieraad, maar ook vaak alleen. Behalve dat het een siervoorwerp is, heeft het een magische functie. De herkomst van dit amulet is waarschijnlijk een Berbergebied in Zuid-Marokko (Grammet 1998: 309 en Flint 1973). Een Berber handamulet is meestal groter van formaat dan de stedelijke amuletten. De decoraties op Berberamuletten bestaan doorgaans uit geometrische motieven. Onder invloed van de stedelijke sier- en decoratietechnieken worden ook wel andere vormen en motieven gebruikt, zoals florale motieven. Een voorbeeld is het rosetmotief aan de bovenkant en de stermotieven op de vingers van dit amulet. De kruizen op de vingers vormen een motief dat veelvuldig voorkomt op Berbervoorwerpen. Vaak wordt een verband gelegd tussen het kruis en de letter 'T' in het Tifinagh, een Berberschrift. De behoefte aan bescherming in het dagelijks leven komt tot uiting in sieraden die speciaal voor dit doel gemaakt zijn of die door hun ornamentiek daarnaar verwijzen. Amuletsieraden bieden bescherming tegen het boze oog en staan daarnaast symbool voor het geluk, zegen (baraka) en voorspoed die men middels het amulet wenst op te roepen. Het is bijvoorbeeld gebruikelijk om bij geboortes een amuletsieraad cadeau te geven. In Marokko is de hand een speciaal motief dat symbool staat voor zowel het getal vijf als voor bescherming tegen het kwaad. Het symbool is al sinds de oudheid, ver voor de komst van de islam, bekend in het gehele Middellandse Zeegebied, waaronder Noord-Afrika (Camps 1982 en Flint 1993). Als magisch symbool wordt het in Marokko zowel door joden als door moslims gebruikt. Na de komst van de islam wordt er door moslims soms ook een islamitische betekenis aan het symbool van de hand toegekend. De term 'handje van Fatima' is volgens verschillende auteurs van Europese oorsprong (Doutté 1909, Herber 1927). In Marokko wordt het symbool van de hand aangeduid met het woord 'khamsa' of 'khomasiyya', wat 'vijf' betekent. Het handje van Fatima is een veelgebruikt symbool in Marokko en heeft meerdere betekenissen, afhankelijk van de gebruiker. De voornaamste betekenis is die van kwaadwerend teken (amulet): de hand biedt bescherming tegen het kwaad en in het bijzonder tegen een fenomeen dat bekendstaat als het ‘boze oog’, ofwel de vernietigende kracht die uitgaat van de jaloerse blikken van andere mensen. Het geloof in het boze oog gaat uit van het principe dat jaloerse mensen, al dan niet bewust, met hun afgunst schade kunnen toebrengen. Zwangere vrouwen, aanstaande bruiden en kleine kinderen zijn het meest kwetsbaar voor het boze oog. Ook dierbare bezittingen als auto's, huizen, vee en huisdieren hebben bescherming nodig tegen het boze oog. Het handje van Fatima als afweermiddel tegen het boze oog gaat terug op het principe van de opgeheven hand waarmee kwaad teruggekaatst kan worden. Het symbool van de hand is terug te vinden in sieraden en als afbeelding op prenten en stickers en geschilderd op muren. Daarnaast kan aan het getal vijf een islamitische betekenis gegeven worden. Zo worden de vijf vingers van het handje van Fatima gezien als symbool van de vijf zuilen van islam of van de vijf dagelijkse gebeden. Sinds midden 20e eeuw zijn deze betekenissen een steeds grotere rol gaan spelen. In het Midden-Oosten bestaat nog een ander handsymbool; de panjeh ofwel de ‘hand van Abbas’, dat in een sjiietische context wordt gebruikt, bijvoorbeeld bij processies. Vervaardiging Het amulet is uit zilverblik geknipt. Zilver wordt gesmolten tot een platte staaf die gehamerd is tot zilverblik en daarna in vorm is geknipt. De versieringen zijn met behulp van een beitel en hamer geciseleerd of met een stempel, als het motief herhaald moet worden, op het voorwerp aangebracht.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie