Tot 10 september 2017 is er in het Fries Museum de tentoonstelling Sits, Katoen in bloei te zien. Conservator Gienke Arnolli geeft een overzicht van de introductie van sits in Nederland en laat zien waar het tot op de dag van vandaag terug te vinden is.
Een onbekend pakketje in het nieuwe depotgebouw van het Fries Museum leidt tot een zeer verrassende vondst… Verschillende soorten jakjes en kroplappen worden één voor één uitgepakt. Wat zal er nog meer worden ontdekt?
Friese vrouwen zijn ook ver voor Doutzen Kroes al modieus. Met oorijzer en kanten muts geven ze een eigen Friese ‘touch’ aan de heersende mode. Maar wanneer het silhouet in de 19de eeuw verandert, verandert het oorijzer wel mee.
Wie kent het niet: opkruipende (onder)mouwen bij het aantrekken van een vest of jasje. In Staphorst hadden ze daar een heel praktische oplossing voor. Jacco Hooikammer vertelt over het gebruik van het kachelhaakje aan de hand van een jakje van het Nederlands Openluchtmuseum.
Vanaf haar geboorte was Aaltje iedere dag gekleed in Staphorster streekdracht. Zelfs toen Aaltje minder mobiel werd bleef ze gekleed in de dracht, die haar dochter speciaal voor haar aanpaste.
Het oplappen van kapotte of ouderwetse spullen is de laatste jaren erg in de mode, niet alleen bij degenen die een meer duurzame samenleving nastreven. En het mag ook heel duidelijk zijn dat je iets hebt opgelapt. Dat geldt zeker voor kleding.
Het TextielMuseum heeft een grote collectie stalenboeken die onlangs werden gebruikt voor een vergelijkend onderzoek naar streekdracht en stalenboeken in Brabantse en Limburgse musea en archieven. (Een bewerking van een lezing van Renate van de Weijer over de Tilburgse stalenboeken.)
Duurzaamheid van materialen en welzijn van mens en dier staan steeds meer in de belangstelling. Jonge ontwerpers experimenteren met minimalistische ontwerpen, pasvorm en productiemethode. Tijdens de Fashion Week van 2014 was dit goed te zien bij ontwerper Kim Bakker.
"Tornsters gevraagd": tornen is frustrerend als er bij het naaien iets mis is gegaan, maar hoopvol als oude kleren na het tornen een nieuw leven wordt gegund. Deze post is een bewerking van het hoofdstuk 'Toveren met naald en draad' uit het boek Tot op de draad.