Breien

1 okt 2015
Modemuze

Rond 1500 werd in Nederland nog niet gebreid. Vrijwel alle stoffen werden geweven en kledingstukken als wanten maakte men van aan elkaar genaaide lapjes stof. In de 16de eeuw veroverde de breitechniek ook de lage landen. In de eeuwen erna wordt de techniek steeds weer op nieuwe wijze en voor nieuwe doeleinden toegepast. Van traditionele Friese floddermutsen tot eigentijdse ontwerpen van Bas Kosters en Stephen West: breien is niet alleen onderdeel van de kostuumgeschiedenis maar ook inspiratiebron voor actuele mode.

Rond 1500 wordt in Nederland nog niet gebreid. Vrijwel alle stoffen worden geweven en kledingstukken als wanten maakt men van aan elkaar genaaide lapjes stof. ‘Naaldbinding’ komt nog het dichtst in de buurt van breien. Deze techniek stamt uit het begin van de jaartelling. Het lijkt op verdraaid breiwerk, maar dan met één gewone naald en korte stukken garen.

Gebreide handschoenen

De Tachtigjarige Oorlog brengt de breitechniek van Spanje naar Nederland. Alleen de elite kan zich het kostbare breiwerk veroorloven. De gebreide handschoen wordt een absolute musthave. Die is warm, rekbaar en heel chic. Een van de oudste breivondsten is dit fragment van een zijden bisschopshandschoen, waarin gouddraad is verwerkt. Met deze luxe handschoenen toonde de 16de-eeuwse bisschop zijn status.

Ook de adel raakt verslingerd aan gebreide handschoenen. Deze vrijwel complete wollen handschoen is opgegraven in Groningen. De handschoen moet kostbaar zijn geweest, want hij is zorgvuldig gerepareerd. In de 16de eeuw is breien iets voor mannelijke professionals. Er komen gilden die zich specialiseren in bijvoorbeeld kousen of wanten. Leden van een gilde kunnen zich legitimeren met een gildepenning.

Breigildes

Met een breischede kunnen de gildeleden sneller breien. Tijdens het breien steken ze de werknaald in het kokertje, dat in de broeksband wordt gestoken. Zo hoeven ze één naald minder vast te houden. Een Engelse dominee vindt in 1589 bovendien de breimachine uit. Deze ‘kousenweefmachine’ is een revolutie, al kunnen er alleen rechte lappen mee gemaakt worden. Gildes blijven dus volop handmatig breien.

Zeemannen

Rond 1700 trotseren Nederlandse zeelieden met zware, gebreide hoeden de elementen. Ze zijn zo populair dat men de Nederlanders eraan herkent. Zeelieden vinden ze ideaal. Het gebruikte wol is soepel, warm en van zichzelf waterafstotend. Omdat de hoed vervilt is, is hij nu waterdicht.

Ook de Russische tsaar Peter de Grote is gecharmeerd van de Hollandse hoed. Als hij aan het eind van de 17de eeuw incognito in Nederland verblijft om over de scheepsbouw te leren, laat hij ook zo’n hoed maken. Die hoed wordt nog steeds bewaard in de Hermitage in Sint Petersburg.

Katoen

Tot nu toe breit men alleen met warme wol en stug linnen. Dat verandert begin 18de eeuw als de VOC iets nieuws meeneemt uit India: katoen! Dit materiaal is zacht en luchtig. Het wordt het niet aangetast door motten en bovendien vervilt het niet. Dat opent een wereld aan nieuwe mogelijkheden. Katoen is een luxe en katoenen kleding is zeer kostbaar. Adellijke families tonen hun rijkdom door er zelfs hun kroost mee aan te kleden. Een katoenen borstrokje (hemdje of vestje) voor je snel groeiende baby is het chicste van het chicste.         

Dameshobby

Ook welgestelde dames ontdekken het breien in de 18de eeuw. Zij pakken het breien op als tijdverdrijf, want ze worden niet geacht te werken. Populaire breisels zijn mitaines: lange, vingerloze handschoenen. Dames dragen ze om niet bruin te worden, want een witte huid is in de mode. Een bleke huid wijst op een goede sociale afkomst, in tegenstelling tot de gebruinde boeren die op het veld werken. De dames grijpen elk moment aan om te breien, zelfs lopend. Dat is mogelijk dankzij een speciaal accessoire, de ‘garenwinder’. Hiermee kunnen ze een klos garen aan de schortband dragen.

Modieuze kralentasjes

In de 19de eeuw raakt kralenbreiwerk in de mode. Kraaltasjes zijn zeer luxe. Niet alleen vanwege het aantal werkuren, maar ook omdat de kraaltjes erg kostbaar zijn. Voor één tasje worden soms duizenden kraaltjes gebruikt. De meeste worden als huisnijverheid gebreid in het Duitse Schwäbisch Gmünd en verkocht door heel Europa.

Dames kunnen de tasjes ook zelf breien. Voor het breien moeten de kralen op volgorde aan de draad worden geregen. Zelfs de kleinste fout is duidelijk zichtbaar. Vrouwen kunnen patronen kopen en de kralen zelf aan de draad rijgen. Maar er zijn ook spoeltjes te koop waarop de kraaltjes alvast voorgeregen zijn.

Een slaapmutsje

Warmte verlaat het lichaam vooral via het hoofd. Daarom slaapt men in de 19de eeuw met een gebreide slaapmuts op. ’s Nachts gaat namelijk het haardvuur uit en dan wordt het erg koud, zeker in de onverwarmde slaapkamers.

De jongens dragen een slaapmuts die lijkt op de muts zoals we die nu kennen. Meisjes hebben mutsjes met een bandje onder de kin en meer versieringen. Mannenslaapmutsen worden ook wel ‘bakkertjes’ genoemd. Bakkers staan voor dag en dauw op om het brood in de oven te zetten. Zij houden daarom hun slaapmuts op.

Van trøje naar trui

Het woord ‘trui’ komt uit Scandinavië. ‘Trøje’ is een oud Noors woord voor trui. Deze gebreide ‘truijen’ worden in de 19de eeuw vooral gedragen door vissers en soldaten. Een van de vroegste vermeldingen komt uit een krantenbericht over een aangespoelde visser. Het woord is dan blijkbaar zo ingeburgerd dat mensen weten wat er bedoeld wordt. Gek genoeg wordt de trui in Noorwegen nu geen ‘trøje’ meer genoemd, maar ‘genser’. Dat is weer afgeleid van het Engelse eiland Guernsey, waar men veel visserstruien breide.

Kantbreien

In de Eerste Wereldoorlog wordt kantbreien populair. Er is een gebrek aan materiaal voor gewoon breiwerk. Naaigaren is nog wel verkrijgbaar en dat leent zich goed voor het breien van kant. Friese dames breien er traditionele floddermutsen mee, maar ook kanten kleedjes ter verfraaiing van het interieur. Gebreid kant is minder fijn dan geklost kant. Floddermutsen van kloskant zijn echter stijf en kwetsbaar. Gebreide floddermutsen kunnen beter passend worden gemaakt, omdat de stof rekbaar is.

Breitijdschriften

Breien is inmiddels een hobby voor alle lagen van de bevolking. Vrouwen breien bovendien graag gezellig samen. Dat begrijpt ook de garenfabriek Everlasting. Die brengt in 1934 het tijdschrift Praten en breien uit. Het is het eerste echte breitijdschrift in Nederland.

In de jaren twintig en dertig raakt bovendien de gebreide trui in de mode. Eind 19de eeuw droeg men deze ‘sweaters’ alleen bij het sporten, maar nu wordt het een algemeen goed. Mede door de breitijdschriften slaat men fanatiek aan het ‘sweater’-breien. De gekte is zo groot dat men in Engeland zelfs spreekt van een ‘sweater craze’.

Breien als noodzaak

In de jaren 50 moet er wel gebreid worden. Na de Tweede Wereldoorlog is confectiekleding moeilijk verkrijgbaar en daardoor is het duur. Vrouwen breien daarom veel kleding zelf, vooral voor hun kinderen. Alle bekende damesbladen geven inmiddels hun eigen breiblad uit.

Vrouwen vinden er patronen voor praktische kledingstukken zoals vesten, sjaals en handschoenen, maar ook voor frivolere kledingstukken. Moeders, grootmoeders en jonge vrouwen doen er genoeg inspiratie op voor kleurrijke kleren.

Wijdverbreid

Breien is niet meer uit ons leven weg te denken. Veel van onze kleding is gebreid, tot aan voetbalschoenen toe. Ook in de industrie wordt breien verrassend vaak gebruikt. Breiwerk is praktisch, milieuvriendelijk en efficiënt. Het kan exact op maat worden gemaakt, waardoor geen sprake is van restafval. Dit technische textiel wordt gebreid van allerlei kunststoffen en metalen. Zo spelen vele voetbalteams op gebreid kunstgras. Bouwsteigerdoek wordt ook gebreid, op een kettingbreimachine met veel draden naast elkaar. En voor pakkingen in machinemotoren is er breiwerk van roestvrij staal.

Breien blijft als techniek inspireren, kijk maar naar ontwerpers als Stephen West en Bas Kosters, kunstwerken van de Londense kunstenares Zoë Landau Konson of Chrystl Rijkeboer of de populaire gebreide designpoefen van Christien Meindertsma

 

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie