Kostuum, bruidskostuum

De trouwplechtigheden op Marken nemen meerdere dagen in beslag. Elk belangrijk moment vereist een daarbij behorend kostuum of kledingstuk. Dit antieke bruidskostuum wordt op de eigenlijke trouwdag gedragen. Het jakje heeft een zestiende-eeuwse snit. Het kostuum is tot ongeveer 1960 gebruikt. Kostuum bestaand uit a: rok, b: jakje, c: colleretje, d: schort, e: steekmouw (2), f: steekmouw (2), g: strik, h: rijgveter, i: rijgveter. a: De rok is van donkerbruine wol, keperbinding, split middenvoor afgewerkt met grof linnen, sluit met haak en oog en touwtje, achter fijn ingerimpeld over eem hoogte van 3 cm, gevat in bruine wollen band. Zoom afgezet met sierband, tegengevoerd met strook zwarte wol. b: Het jakje is van zwarte wol en is gevoerd met grof bruin linnen en rode harige wol In de taille een aangezette band. De voorpanden zijn smal, zodat ze niet sluiten. Vanaf borsthoogte tot de taille zijn ogen ingenaaid waardoor de rijgveter geregen wordt. De mouwen zijn op de rug diep ingezet zodat een smal taps toelopend rugpand overblijft. Dit pand heeft een middennaad. De mouwen zijn niet gezoomd (afgeknipt?), aan de rode voering zitten ogen voor de bevestiging van de steekmouwen. Trensjes (2) middenachter en op elk voorpand (3). c: Het colleretje is een kraag met een lang toelopend rugstuk, gelijk aan het rugpand van het jakje en twee korte voorpanden reikend tot okselhoogte. Het kraagje en de panden zijn afgezet met zwart fluweel en zwart satijnband dat minder oud is dan de basis; ze zijn slordig machinaal aangebracht. Het geheel sluit voor met haken en ogen, aan de binnenzijde haken ter bevestiging aan het jakje. d:Het schort is van fijne zwarte wol en is met plooien op een zwarte band gezet. De smalle schortbanden, bruin,zwart wit gedessineerd, zijn met haken aan de ogen van het schort verbonden. Bij het kostuum bevonden zich twee paar steekmouwen. e:Donkerpaarse fluwelen steekmouwen gevoerd met rode grove wol. Aan de bovenzijde afgebiest met bruin band waaraan de twee haken voor bevestiging aan het jakje. Zijsplitten sluiten met haken en ogen en zijn even als de onderzijde afgezet met zwarte kraaltjes op paars band en een rand zwart fluweel. f:Bruin fluwelen steekmouwen, identiek aan de paarse op de rand zwart fluweel na. g:strik van roze zijde met witte decoratie langs de randen, gevouwen en vastgezet met spelden. h: rijgveter, smalle donkerrode zijden band, tot op de helft teruggevouwen en voorzien van een wit geschulpt bandje. Voor het sluiten van het jakje. i: rijgveter bestaand uit twee lengtes smal zwart zijden band met kartelrand. Dit zwarte bruidskostuum werd op de eigenlijke trouwzondag gedragen. Het jakje heeft een 16de eeuwse snit. Het pak komt uit de familie van de heer Peereboom Hij erfde het van Maritje Dorland, overleden in 1946. De stamboom van de familie is aanwezig in de documentatie. Het is volgens de heer Peereboom mogelijk dat het pak afkomstig is van Teuntje Dorland, no 17 op de stamboom, maar zeker is dit niet. Het model van het jakje met kraagstuk is 16de eeuws. Het kostuum is tot 1960 gebruikt.