Sits als accent in 18de-eeuwse mode

 
Afb. 1: Houten pop met sitsen schort en mutsje, met zilveren tasbeugel, Bauke Wijngaarden, 1742. Fries Museum Leeuwarden | collectie Koninklijk Fries Genootschap
2 augustus 2017
(oud)-conservator mode en textiel Fries Museum Leeuwarden

In de collectie van het Fries Museum bevindt zich een bijzondere houten pop die precies te dateren is.i Op haar schort van sits hangt namelijk een beugeltasje met zilveren beugel. Het beugeltje is in 1742 gemaakt door zilversmid Bouke Jans Wijngaarden, die van 1729 tot 1735 in Harlingen werkzaam was. Daarna verhuisde hij - net als zijn broer Pytter, die rijglijfmaker was - naar Amsterdam waar hij zijn vak uitoefende tot zijn overlijden in 1749. Yede, zijn andere broer was kleermaker en bleef in Harlingen wonen bij hun vader Jan, die eveneens rijglijven maakte.ii

Ik ben geneigd om te denken dat het aankleden van dit popje een opdracht aan de familie Wijngaarden kan zijn geweest en dat zowel de kleermaker als een van de rijglijfmakers erbij betrokken was. De kleding is namelijk professioneel gemaakt en bovendien compleet bewaard gebleven.

Een schort als modieus accent

Het opvallendst is de brede schort van witte Indiase sits met los bovenstukje en een zoom van rode sits, die de rok vrijwel geheel bedekt. De schort is bedrukt en beschilderd met wel twaalf verschillende boeketjes. Dergelijke sits met gedrukte contouren werd voornamelijk in Gujarat gemaakt, aan de westkust van India.

Afb. 2: Doek met het formaat van een schort, gebruik onbekend. 48 verschillende plantmotiefjes, gedrukt en beschilderd met contouren van bladgoud, Gujarat, India, ca. 1700. Fries Museum Leeuwarden
Afb. 2: Doek met het formaat van een schort, gebruik onbekend. 48 verschillende plantmotiefjes, gedrukt en beschilderd met contouren van bladgoud, Gujarat, India, ca. 1700. Fries Museum Leeuwarden

Afb. 3: Helft van een breed schort van Europees bedrukt katoen in sitstechniek, met patroon van losstaande (tachtig verschillende!) a-symmetrische bloemen. 1750-1780.  Fries Museum Leeuwarden| bruikleen Ottema Kingma Stichting
Afb. 3: Helft van een breed schort van Europees bedrukt katoen in sitstechniek, met patroon van losstaande (tachtig verschillende!) a-symmetrische bloemen. 1750-1780. Fries Museum Leeuwarden| bruikleen Ottema Kingma Stichting

Waar bij een schort tegenwoordig alleen gedacht wordt aan kokkerellen, was in de achttiende eeuw een schort een modieus element in de dagelijkse kleding. In Leeuwarder boedelinventarissen komen schorten in overvloed voor, de eerste sitsen schort al in 1698.

‘Volwassen’ sitsen schorten met een afstekende rand zijn er niet in de museumcollectie, wel een aantal van geruit katoen of ‘bont’, dat in de 18de eeuw als gijngang (Eng. gingham ) werd ingevoerd uit India. Deze hebben een zoomrand van sits.

Afb. 4: Schort, misschien een hergebruikt deel van een rok, of oorspronkelijk een tablier onder een openvallende japon van dezelfde stof, geschilderd in sitstechniek, India, 1750-1780. Fries Museum Leeuwarden| bruikleen Ottema Kingma Stichting
Afb. 4: Schort, misschien een hergebruikt deel van een rok, of oorspronkelijk een tablier onder een openvallende japon van dezelfde stof, geschilderd in sitstechniek, India, 1750-1780. Fries Museum Leeuwarden| bruikleen Ottema Kingma Stichting

Afb. 5: Gijngang (bont geruit) schort met sitsen rand, India, ca. 1750. Fries Museum| collectie Provincie Fryslân
Afb. 4: Schort, misschien een hergebruikt deel van een rok, of oorspronkelijk een tablier onder een openvallende japon van dezelfde stof, geschilderd in sitstechniek, India, 1750-1780. Fries Museum Leeuwarden| bruikleen Ottema Kingma Stichting

In de boedelbeschrijving van Magdalena van Os uit Leeuwarden die in 1754 overleed, staat zowel een gijngang schort als een rok met sitsen rand genoemd.iii Die combinatie van katoenen ruitjes en bloemetjesstof die vooral in veel Nederlandse streekdrachten werd toegepast, was de inspiratie voor de kleurige kinderkleding die het merk Oilily (opgericht in 1963) zo bekend heeft gemaakt.

De sitsen muts

De hoofdbedekking van het popje lijkt kinderlijk: onder het sitsen mutsje draagt ze een linnen mutsje en een flepje (voor baby’s een driekantig doekje ter bescherming van de fontanel;) beide afgezet met kloskant. Aan de kloskant van het flepje zijn twee grijsblonde krullen van echt haar vastgespeld.

Sitsen mutsjes werden in de 18de eeuw waarschijnlijk ook door volwassen vrouwen als huismuts gedragen. De meeste ‘volwassen’ sitsen mutsen in Friesland zijn afgezet met ‘langetband’, linnen band met ingeweven gestileerde motiefjes van zijde, zoals harten, sterren of kronen. Het poppenmutsje was voor zo’n detail te klein.

Afb. 6: Huismuts van sits, afgezet met langetband, herkomst Leeuwarden, achterkant. Fries Museum Leeuwarden
Afb. 6: Huismuts van sits, afgezet met langetband, herkomst Leeuwarden, achterkant. Fries Museum Leeuwarden

Afb. 7: Huismuts van sits, afgezet met langetband, herkomst St. Annaparochie, voorkant. Fries Museum Leeuwarden
Afb. 7: Huismuts van sits, afgezet met langetband, herkomst St. Annaparochie, voorkant. Fries Museum Leeuwarden

In het conserveringsatelier in het V&A in Londen heb ik onlangs een drietal Nederlandse sitsen mutsen mogen zien, die in Zuidholland zijn gekocht. (IS.69-2016, IS.70-2016 en IS.71-2016) Ze worden sinds kort getoond in ‘South Asia, Room 41, case 6B’. Ze lijken sprekend op het mutsje van dit popje, en hebben in de nek trekbandjes, waarmee deze mutsen stevig op het hoofd kunnen worden vastgemaakt. De vele extra naadjes laten zien dat voor deze mutsen restantstukjes sits zijn gebruikt.

Van top tot teen

Alle kleertjes van de pop zijn een miniatuurversie van de kleding die toen werd gedragen. Bovenkleding werd nooit gewassen en haar wollen jurk werd daarom aan de buitenkant beschermd met de sitsen sierschort, die goed wasbaar is. Aan de binnenkant is de kleding beschermd door wit linnen en katoenen ondergoed, dat ook in de was kan. Deze pop draagt onder haar jurk een hemd, een korsetlijfje, een onderbroek, losse ondermouwen en een kroplap met kant. Over het korsetlijfje draagt ze een rijglijf. Haar rok staat wijd uit door vier kleurige onderrokken waartussen een hoepelrok met echte walvisbaleinen. Een halssnoer van rode koralen en tot slot fijn gebreide rode wollen kousen en zorgvuldig gemaakte leren schoenen maken het plaatje af.

In de tentoonstelling 'Sits katoen in bloei’ in het Fries Museum in Leeuwarden kun je haar tot en met 10 september 2017 onder de rokken kijken.

Noten

i Voor de herkomst van deze pop zie: Gieneke Arnolli e.a., Sits katoen in bloei. Zwolle 2017. p. 42-43

iii Historisch Centrum Leeuwarden, Inventarisatieboek nr. 3297, Y91, 3-4

Bibliografie

Gieneke Arnolli, Sytsje Wille-Engelsma, Sits exotisch textiel in Friesland. Zwolle 1990

Gieneke Arnolli e.a., Sits katoen in bloei. Zwolle 2017

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie