Keuvel (sluiermuts, floddermuts), streekdrachtmuts, bol van tule met fijn wit tamboereerwerk, rondom tule en een rand kant

Mutsenbol: witte tule. Het gehele oppervlak is gevuld met dezelfde kleine bloemmotieven. Langs drie zijden een smalle tule bies met een golvend getamboureerd motief. De mutsenbol bestaat uit één stuk. Rondom een strook tule, gerimpeld aan drie zijden. Middenvoor een naad, met aan weerszijden van de naad twee plooien. Aan de tule een strook kloskant met doorlopende draden van het Rijselse type uit Beveren-Waas. Motief: bloem met overhangende twijgen. Achter een zoompje met gaatjes en een lintje.