Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Op de Tentoonstelling Catwalk, die nog tot 22 mei 2016 in Het Rijksmuseum in Amsterdam te zien is, staat een trouwjapon die op 2 juni 1902 in Utrecht door mevrouw Elisabeth Petronella Fok Fraterman werd gedragen. De japon wordt tentoongesteld op een rond podium die de rok met sleep benadrukt. In de sleep is maarliefst twaalf meter stof verwerkt en heeft een lengte van 2.80 meter, met een doorsnede van 2.30 meter. Voordat de japon in volle glorie kon worden getoond, was het nodig deze te conserveren. Hoe verliep dat proces?
De japon is vervaardigd uit een satijnen Duchesse, zijden voile en zijden Point de Bruxelles. De oprijgsels ter versiering zijn met de naaimachine aangebracht. Aan de binnenkant van de rok bevinden zich geplooide stroken gemerceriseerde katoen die zijn afgezet met smalle strookjes Valenciennes kant. Deze stroken, die op de afbeelding hieronder te zien zijn, geven de sleep meer volume en liften deze op om zo tijdens het dragen mooi te laten glijden.
Het lijfje met lange mouwen is nauwsluitend, wordt hoog gesloten en heeft een afhangende kraag/pelerine van zijden voile die is afgezet met kant. De voorzijde heeft een soort van krop zodat de ’S- Lijn’, die kenmerkend was voor het silhouet van het fin de siècle, zichtbaar is. Aan de binnenzijde is een korset verwerkt.
In tegenstelling tot de conditie van de satijnen Duchesse die uitzonderlijk goed is te noemen, is deze van de Brusselse kant en de zijden voile die verwerkt is in het lijf zwak. Ook waren de stroken gemerceriseerde katoen aan de binnen zijde van de sleep volledig geplet. Voor een eerdere opstelling was het daarom noodzakelijk de japon te conserveren.
Door het gewicht van de zware satijn was de kant op veel plaatsen langs de contouren gescheurd (zie onderstaande afbeeldingen). Aan de bovenzijde werden daarom de vele meters ingezette stroken kant voorzien van een dunne laag crêpeline, een doorzichtige en zeer dunne gaasachtige stof van zijde.
Van tevoren werd deze crêpeline met behulp van Ciba Geigy verf in de gewenste kleur gebracht en van een hele dunne laag lijm voorzien. De gebruikte lijm is een acrylaat, dat met water kan worden gemengd zodat de hoeveelheid lijm te doseren valt. Vanwege de thermoplastische eigenschappen van de lijm kan deze na het opdrogen tot een dunne film op de crêpeline m.b.v. warmte van een spatel (een kleine strijkbout) aan de fragiele kant worden gehecht. Als extra versteviging werden alle contouren van de kant met een kleine rijgsteek aan crêpeline en satijnen Duchesse vastgezet.
De ondersteuning van de voile van de pelerine en de onderkant van de mouwen vond op dezelfde manier plaats, maar dan nu vanaf de binnenzijde. Om deze handeling goed te kunnen uitvoeren werd niet vlak op een tafel gewerkt zoals bij de kanten stroken, maar was het mogelijk de doubleer techniek toe te passen terwijl het lijf was geplaatst op een passende buste. Voor de definitieve hechting m.b.v. een warme spatel werd de crêpeline eerst met de handen onder de beschadigde voile gemodelleerd.
Alle stroken gemerceriseerde katoen waren totaal geplet. Door deze voor een korte tijd tussen twee lagen vochtig filtreerpapier te leggen en vervolgens met koude lucht van een föhn met de handen te modelleren, kwam het volume in de katoen weer terug. Eerder aangebrachte apprêt werd door deze handeling geactiveerd.
Het resultaat kunt u nog tot 22 mei 2016 van dichtbij bewonderen!
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Ik heb ook een oude bruidsjurk (uit 1948) die ik zou willen laten restaureren maar waar zou je hier als particulier bij terecht kunnen?
Dat is een hele interessante vraag! Er zijn in Nederland verschillende freelance textielrestauratoren die dit wellicht voor u kunnen doen. U zou bijvoorbeeld eens kunnen kijken bij Telleman Textielrestauratie.
Is er meer documentatie over deze jurk en de conservering ervan? Bijvoorbeeld in de vorm van artikelen?