Such De­li­ca­te Ten­der­ness: in ge­sprek met Bas Kos­ters (deel 3)

 
Bas Kosters, Paloma, 2019, Bas Kosters, Tom of Finland Foundation Los Angeles, Bron: Bas Kosters.
26 juni 2020
Literary and Cultural Analysis (UvA)

Drie maanden verbleef Bas Kosters als Artist-in-Residence bij de Tom of Finland Foundation in The City of Angels. De Tom of Finland Foundation richt zich op het beschermen, promoten en preserveren van erotische kunst en is baanbrekend voor de LGBTQ+ cultuur in Los Angeles.

Wat is de connectie tussen je huidige werk en je positie als modeontwerper?

De connectie ben ik zelf. De autonome tekeningen zijn in mijn expositie hoofdonderwerp maar er is ook een aantal textiele collages en wandkleden. En textielwerk heeft een duidelijker connectie met mode. Ik ben de schakel omdat ik een mode-achtergrond heb en een fascinatie voor kleding en voor stijl. De combinatie kunst en mode is er altijd. Bovendien is mode voor mij niet afgekaderd, het gaat niet om kleren die je draagt om je te verwarmen of te beschermen tegen de regen. Het gaat in mijn mode nooit over de functionaliteit. Net zo min gaat het in de expositie om het doel van de kunst als kunst. Deze collectie is voor mij ook vrij en vloeiend, net als mode.

Ik sluit ook niet uit dat ik straks weer een modecollectie ga ontwerpen, of mode gerelateerde dingen ga maken. Ik realiseer dat ik echt een liefde voor textiel heb en voor oud textiel, maar ik merk dat het voor mijzelf minder makkelijk is om textiel te creëren als ik ergens anders ben, of buiten de studio. Ik heb het wel gedaan in Los Angeles en in Tokio maar voor textielwerk functioneer ik goed op mijn studio en met mijn team. Daar heb ik alles wat ik nodig heb, de condities zijn daar ideaal.

Voor het tekenen is het juist beter om niet in de studio te zijn omdat ik daar vaak opgeslokt wordt door waar we mee bezig zijn. In die zin was het heel interessant om te kijken hoe het buiten de studio met me gaat, om als maker ergens anders te zijn. Wat gaat er goed en wat niet en wat heb je nodig. Mode is een klein onderdeel van de expositie, maar het is iets wat me ook hier inspireert en bezighoudt en onderdeel is van mijn persoonlijke expressie. Dat verhoudt zich ook weer tot mijn tekeningen. Het is geen overduidelijke inspiratiebron voor de kijker, maar voor mij persoonlijk wel. Het mag allemaal bij en naast elkaar bestaan.

Welke rol meet je jezelf nu aan? Zie je jezelf als modeontwerper of als kunstenaar/tekenaar of allebei?

Ik probeer heel duidelijk wat meer richting een kunstpraktijk te gaan maar ik moet niet vergeten dat ik eigenlijk altijd alles heb gedaan wat ik wilde doen, naar goed inzicht en goed vertrouwen. Ik wil alles goed en serieus doen en op mijn instinct vertrouwen. Ik moet doen wat ik wil, go with the flow. Je mag andere keuzes maken. Vroeger gaf ik mezelf de ruimte niet om geen collectie te hebben of om even te stoppen met mode, dat zag ik misschien zelfs als een soort verlies. Maar als je nu geen collectie maakt betekent dat niet dat je straks ook geen collectie maakt. Dat ik nu tekeningen maak wil niet zeggen dat ik andere dingen niet meer kan doen, alles kan, waarom niet? Het moet losjes blijven en ik moet doen waar ik op dit moment behoefte aan heb, wat ik belangrijk vind.

Bas Kosters, Penis tapestry, 2019, Bas Kosters, Tom of Finland Foundation Los Angeles, Bron: Bas Kosters.
Bas Kosters, Penis tapestry, 2019, Bas Kosters, Tom of Finland Foundation Los Angeles, Bron: Bas Kosters.

Welke schilders en schilderijen bewonder je? Wie inspireert je behalve de werken van Tom of Finland?

Ik vind het moeilijk om te kijken naar inspiratie want als je teveel kijkt plant het allerlei zaadjes in je hoofd, wat je terugziet in je eigen werk. Maar er zijn een aantal erotische tekeningen van Karel Appel die ik fantastisch vind. Ik zag een poster van Appel op een vlooienmarkt hier in Los Angeles en wilde de ruwe energie en de gekte van de CoBrA beweging ook in mijn tekeningen belichamen. Dat is gelukt maar ik merkte ook dat ik er teveel naar ging kijken. Dan zit je er te dicht op. Dat is niet goed. Ik probeer niet te veel te kijken maar ik vind wel heel veel mooi, ik houd van schilder- en tekenkunst. Hoewel ik mezelf wel een betere tekenaar vind dan een schilder.

In musea zie je trouwens veel minder tekeningen dan schilderijen, schilderkunst is beter vertegenwoordigd. Inspiratie is iets heel moeilijks, je wilt je blik niet laten vertroebelen maar je pikt zoveel dingen op onderweg. Dat verbindt zich in je hoofd als moleculen en op een dag vindt het in een logische beweging een creatieve uitgang. Maar eigenlijk is iets nooit echt nieuw denk ik, het is altijd een combinatie van gedachten en visuele prikkels en alles wat je onderweg meeneemt.

Je combineert vrolijkheid en kinderlijkheid in je mode en characters met provocatie en seksualiteit. Waarom vind je deze tegenstelling zo interessant?

Ik denk dat het heel veel verschillende redenen heeft, het heeft ook te maken met waar ik vandaan kom. Ik ben denk ik lang kind gebleven en ik belichaam nog veel van de dingen die ik als kind deed in wat ik nu doe. Maar ik ben ook gewoon een grappenmaker en ik houd ervan om dingen op scherp te stellen. Het is ook zoals ik ben. Ik heb een nostalgische blik. Ik zie mijn verleden heel rooskleurig in. En het heeft er ook mee te maken dat ik heel graag wil dat dingen mooi, vredig, zoet en fijn zijn.

Welke nieuwe (couture) technieken heb je geleerd en gebruikt en waarom teken je onder andere op een pagina uit een kookboek?

Ik ben naar Japan gegaan maar wilde daar niet de traditionele technieken leren omdat mijn techniek en de dingen die ik doe vaak een tegenreactie zijn op hoe het moet. Ik heb in Japan heel vrij gewerkt. Als ik zelf textiel maak is het vaak grof, ruw, uitbundig en energiek. Maar ik kan er ook voor kiezen om dit door mijn assistenten te laten doen. Als mijn assistenten iets uitvoeren wordt het vaak wat meer toegepast omdat zij invulling geven aan waar ik aanleiding toe geef. De twee wandkleden die op de expositie hangen zijn een wereld van verschil, de een is op mijn aanwijzingen gemaakt door mijn assistent in Nederland en de ander is door mijzelf uitgevoerd. Je ziet dat de aanpak en energie heel anders is. Voor deze wandkleden heb ik wel wat nieuwe technieken gebruikt.

“Een uniek leven van een object, dat vind ik heel aantrekkelijk”.

Met tekenen is het heel persoonlijk, vaak zie ik al voor me wat ik wil gaan tekenen. Ik heb een compositie of een imaginair beeld van hoe het werk eruit moet gaan zien. De ene keer lukt het om dat over te brengen, de andere keer niet en soms wordt het iets heel anders. Ik onderneem vaak nieuwe dingen en ik probeer steeds nieuwe dingen uit. Het formaat van het papier vraagt bijvoorbeeld ook steeds een andere manier van aanpak. Het werken met oude famora (drukwerk dat niet is bedoeld om te bewaren maar wat wel bewaard wordt, zoals oude menu’s en enveloppen) vind ik fantastisch. Ik kan echt vallen voor een mooi vel papier. Of als het papier mooi doorleefd is, die geschiedenis geeft zo’n gevoel. Het gaat om een uniek leven van een object, dat vind ik heel aantrekkelijk.

In het laatste deel staan Kosters toekomstplannen en mooiste werken centraal. Ook overdenken we zijn modecollecties door de jaren heen. Welke zou het meest favoriet zijn?

Aanbevolen literatuur

  • Kosters, Bas. I Want It to Be Soft - The Journey of Bas Kosters . Museum Arnhem, 2016.
  • Kosters, Bas. A Gift . Bas Kosters Studio / Bugaboo International B.V., 2015.

Media

Categorie: 

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie