Het inhuldigingskostuum van Koningin Anna Pauwlona

 
Afb. 4. Nicaise de Keyzer, jaren 1840, Anna_Paulowna in haar inhuldigingskostuum (detail). Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.
18 oktober 2016
Kunsthistorica en voormalig conservator kostuum en textiel bij Paleis Het Loo

De tentoonstelling Anna Paulowna, kleurrijke koningin vertelt het verhaal van de Russische grootvorstin, die koningin van Nederland werd. De tentoonstelling in Paleis Het Loo werd 5 oktober jongstleden geopend door Koningin Máxima (afb. 1).

Afb. 1. Opening tentoonstelling Anna Paulowna door Koningin Máxima op Paleis Het Loo. Foto: F. van Beek.
Afb. 1. Opening tentoonstelling Anna Paulowna door Koningin Máxima op Paleis Het Loo. Foto: F. van Beek.

Hermelijn

In 1816 – dus tweehonderd jaar geleden – trouwde Anna Paulowna met de Prins van Oranje, de toekomstige koning Willem II. Op 28 november 1840 werd hij in de Nieuwe Kerk in Amsterdam ingehuldigd. In de tentoonstelling is een portret van Anna Paulowna te zien, waarop zij in volle glorie staat afgebeeld in haar inhuldigingskostuum (afb. 3).  

Het kostuum van koningin Anna Paulowna werd gemaakt door de hofbontwerkers van de koningin, de gebroeders J. en M. Jacobowicz. Het wordt in een krant beschreven als:

“een kleed van witte goudstof, met eenen 6 ellen wijden en ½ el breeden rand van het fijnste hermelijn. Hierover eenen mantel à la cour, insgelijks van goudstof, de sleep in het rond 10 ellen lang, de rand ½ el breed, kraag, mouwen en al het overige aan den mantel rijk met hermelijn versierd. Eindelijk nog eene groote mantille, geheel van het fijnste hermelijn; de mof insgelijks van hetzelfde hermelijn.”

De grote mantille of mantel van hermelijn staat niet op dit schilderij afgebeeld.

Afb. 3. Nicaise de Keyzer, jaren 1840, Anna Paulowna in haar inhuldigingskostuum. Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.
Afb. 3. Nicaise de Keyzer, jaren 1840, Anna Paulowna in haar inhuldigingskostuum. Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.

Met een kleed van witte goudstof wordt een japon van zilverdraad of zilverlamé bedoeld. De hofmantel of de manteau de cour was dus van gouddraad of goudlamé, met een sleep die bijna zeven meter lang was, afgezet met hermelijnen randen.

Anna Paulowna’s inhuldigingskostuum komt overeen met de hofetiquette die op last van koning Willem I in 1815 en 1825 door de Hoge Raad van Adel werd vastgesteld:

"Bij alle gelegenheden verschijnen de dames ten hove, gekleed met lange slepen, korte mouwen, waaijers, witte cabret lederen handschoenen, witte of gekleurde stoffen, zijden schoenen, geene hoeden, maar in het haar gekapt, of, voor vrouwen van jaren, gepareerde mutsen (1815); dat de dames (…) voortaan bij alle galagelegenheden ten hove zullen verschijnen met hofmantel- of slepen ook wel manteaux de Cour genoemd (1825)."

Ook de décolleté van de gala japonnen hoort in dit rijtje thuis. Het dragen van kleding van goud- en zilverdraad is alléén voorbehouden aan vorstelijke personen.

Diamanten

Gelukkig is er een ooggetuigenverslag bewaard gebleven van Lady Emma Disbrowe, de dochter van de Engelse ambassadeur die aanwezigh was bij de inhuldiging van koning Willem II. Zij schreef een zeer interessant en onderhoudend ooggetuigenverslag:  

“Natuurlijk waren wij er op tijd om de statige koningin Anna Paulowna te bewonderen toen ze binnenkwam, haar sleep gedragen door twee pages. Ik denk niet dat ik ooit iemand zo mooi heb zien lopen als zij. Ze was lang, had een goed figuur, en in die tijd ook prachtig blond haar. Ze had meer diamanten dan enige prinses in Europa. Hoewel de koningin een heleboel diamanten droeg bij de inhuldiging, hadden ze daar minder effect, omdat haar jurk van zilveren stof was en haar sleep van gouden stof, beide diep afgezet met hermelijn.”

De laatste opmerking is interessant. Anna Pauwlowna was juist heel trots op haar juwelen die ze tijdens de plechtigheid droeg. Dat blijkt uit een brief die zij schreef: “ik droeg mijn diamanten, het lint en de orde van Sint-Catharina en een diadeem met parels en diamanten.” Op dit detail van het inhuldigingsportret zijn de juwelen gelukkig wel goed te zien (afb 4).

Afb. 4. Nicaise de Keyzer, jaren 1840, Anna_Paulowna in haar inhuldigingskostuum (detail). Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.
Afb. 4. Nicaise de Keyzer, jaren 1840, Anna_Paulowna in haar inhuldigingskostuum (detail). Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.

Koud

Volgens de regels van de hofetiquette moesten de dames dus met korte mouwen en décolleté gekleed gaan. Maar het was op deze winterse novemberdag heel koud in de Nieuwe Kerk waar de inhuldiging plaatsvond. Op het inhuldigingsschilderij is te zien dat Anna Paulowna en de andere vorstelijke dames inderdaad volgens de etiquette waren gekleed (afb. 5).

Anna Paulowna schreef in een brief aan haar broer: “De plechtigheid duurde 3 uur in een koude die voelbaar zou zijn geweest als de ziel de lichamelijke gewaarwording niet was ontstegen door de gevoelens van deze belangrijke en majesteitelijke ceremonie, waaraan de herinnering me altijd dierbaar zal blijven en die een diepe indruk blijkt te hebben gemaakt op alle aanwezigen. Ik weet niet of de andere dames in het publiek de koude op zo’n positieve manier hebben kunnen ervaren.” Bij Anna viel de kou waarschijnlijk wel mee. De dikke zilverlamé japon beschermde haar tegen de kou.

Afb. 5. Nicolaas Pieneman, jaren 1840, Inhuldiging van koning Willem II (detail). Paleis Het Loo, langdurig bruikleen Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.
Afb. 5. Nicolaas Pieneman, jaren 1840, Inhuldiging van koning Willem II (detail). Paleis Het Loo, langdurig bruikleen Koninklijke Verzamelingen, Den Haag.

Maar ook Emma Disbrowe schrijft over de kou:

Gezien het zeer koude weer en de enorme omvang van de kerk, die niet kon worden verwarmd, had de koningin toestemming gegeven aan alle dames om hooggesloten jurken en lange mouwen te dragen, ondanks hun slepen, die natuurlijk niet konden worden weggelaten. H.M. kondigde ook haar eigen intentie aan zich te bedekken, zodat er geen ‘luxe d’épaules’ (weelde van schouders) diende te zijn, zoals wij het noemden. Natuurlijk werd de combinatie een grote puzzel. Ik weet dat dat zo was voor mijn moeder, zowel wat haar zelf betrof als voor mij, want onze jurken waren al klaar toen de order werd uitgevaardigd en haar zilveren stof of mijn paarse zijde lieten zich slecht combineren. Toen kwam het probleem van de hoofdbedekking (…) De vraag prangde wat te doen met de ongetrouwde dames. Onze ouders hadden tulbanden, dopjes, en alle soorten hoeden waarmee ze hun hoofd konden bedekken en hun diamanten konden doen schitteren, maar wij meisjes werden in de kou gelaten bij zulke gelegenheden. Mijn moeder en de hofkapper kwamen samen tot een prachtige creatie van zilveren en paarssatijnen stroken voor mij. Die bedekte mijn hoofd, hing over mijn oren, en door al die zilveren stroken, bloemen en veel haar, heb ik geen herinnering aan enige kou. De heren droegen pruiken.”

Wie de tentoonstelling op Paleis Het Loo komt bezoeken zal na deze informatie vast anders naar de twee inhuldigingsschilderijen kijken. De tentoonstelling is te zien tot en met 5 februari 2017.

Categorie: 

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie