Kokerrok met variatie op bekend geometrisch motief

Dichtgenaaide blauw-witte kokerrok (kelengan), met de badan in garis miring (diagonale stroken; (van Roojen, 1998) met parang-variatie: kusuma (zei Veldhuisen's registratie). De kepala is compleet, met de papan in ranken, bloemen en vogels. De tumpal hebben deze zelfde motieven, het blauwe deel tussen de tumpals is versierd met kleine krystallen. Volgens Veldhuisen (in van Hout, 2001) werden sarungs met een complete centrale kepala vroeger gedragen door slaven, terwijl rokken met de kepala aan een kant gedragen werden door vrouwen die zich van slaven wilden onderscheiden. Na de afschaffing van slavernij in1860 werden alle typen sarungs gezien als de minder formele variant op de kain panjang (die ook gedragen wordt door mannen). Er kan gesteld woorden dat sarungs met complete centrale kepala van een ouder type zijn dan die met kepala aan een zijde van een batik. De kepala van deze latere typen werd ook steeds meer complex. De doek was bestemd voor Peranakan (Chinese) bevolking.