Tweedelig jongensensemble bestaande uit blouse en broek

001: bloesje

002: broekje

003: dasje

001: Effen grijs, met geruite das (wordt met drukkers onder het kraagje bevestigd middenvoor). Rond kraagje, splitje middenvoor (sluit met drie haak-en-oogjes). Puntig pasje voor met links en rechts een stolpplooi, korte mouwen met manchetjes. Puntige pas achter met één stolpplooi. Vier knopen in taille voor bevestiging broekje.

002: Effen, glad en grijs, met middenvoor een klein gulpje dat met drukkertje sluit. Korte pijpjes. Links en rechts heeft het broekje een splitje. Rechts een insteekzakje. In het taillebandje zes knoopjesgaatjes voor bevestiging van het bloesje. Taillebandje heeft ook lusjes en riempje.

003: Klein schuin-geruit puntdasje, waarin knoopje is gelegd. Bevestiging aan bloesje met drukkertjes waarvan er ééntje ontbreekt.

Materiaal/techniek: grijs, effen tricot, (wol?), dasje is van geruite, geweven stof; confectie, machinaal gebreid, geweven stof.