Twee meisjes in katholieke Zuid-Bevelandse streekdracht.

Twee meisjes in katholieke Zuid-Bevelandse streekdracht. Het linker meisje draagt een jurkje met pofmouwtjes en daarover een schortje. Op haar hoofd heeft ze een strohoedje, versierd met veertjes. Het rechter meisje is iets ouder en draagt al een doek en beuk (kroplap). Op haar hoofd draagt ze een ondermuts, tussenmuts, oorijzer met 'stikken' (vierkante gouden oorijzeruiteinden) en 'poepinnemuts' (kanten bovenmuts voor meisjes). Dat dit katholieke meisjes betreft, is onder andere te zien aan de hoge stand van het oorijzer en de vierkante vorm waarin de poepinnemuts is gestreken.