Sjerp

 

Volgens de museumgegevens is deze doek een 'mangiring'. Echter dat is dat niet het geval want het pijlspitsikatmotief in de 'mangiring' textielsoort wijst altijd dezelfde richting op. In deze doek...

Objectnummer
TM-5735-13
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
voor 1997
Herkomst
Samosir (eiland)

Volgens de museumgegevens is deze doek een 'mangiring'. Echter dat is dat niet het geval want het pijlspitsikatmotief in de 'mangiring' textielsoort wijst altijd dezelfde richting op. In deze doek is de richting van het ikatmotief wisselend, wat kenmerkend is voor de 'suksak' textiel, dat evenals de 'mangiring' waarschijnlijk door de Acehse 'plang rutha' textielsoort is geïnspireerd. Het bijzondere aan deze doek zijn de fel gele kleur van de ikatmotieven, en de strepen in kettingrichting, die versierd zijn met gatip, of stippelikatmotieven. Het is mogelijk dat de weefster zich zekere vrijheden heeft gegund in het ontwerpen van deze doek omdat hij gemaakt werd voor de toeristenmarkt. Batakdoeken die voor lokale, rituele doeleinden zijn bedoeld moeten voldoen aan bepaalde ontwerpregels. De franje van de doek is onbewerkt hetgeen ongewoon is omdat bij Batakdoeken de franje meestal getwijnd is. Volgens de museumgegevens is de functie van deze doek 'sjerp'. In het verleden werden doeken met geïkatte pijlspitsversiering inderdaad wel gebruikt als sjerp (zie foto 66 in Niessen 1993:85). Vervaardiging De Acehse versie van deze doek werd in zijde gemaakt, maar deze Batakversie werd van katoendraad (nu ook wel synthetisch draad) geweven. Jasper and Pirngadie 1912: 173-175 geven een gedetailleerde beschrijving van het maken van het geïkatte pijlspitsmotief.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie