Robe à l'anglaise, bestaande uit overkleed en rok, van wit zijden satijn met ingeweven streep en klein chiné-ingeweven bloemmotief

 

Robe à l'anglaise met geknipte rug, bestaande uit overkleed en rok van crèmekleurig zijden satijn met perzikkleurige strepen en witte strepen met chiné-ingeweven bloemmotief. De japon kan vermaakt...

Doorzoek de website met tags
Objectnummer
0241524
Instelling
Kunstmuseum Den Haag
Periode
1790/1795

Robe à l'anglaise met geknipte rug, bestaande uit overkleed en rok van crèmekleurig zijden satijn met perzikkleurige strepen en witte strepen met chiné-ingeweven bloemmotief. De japon kan vermaakt zijn uit een ouder model en is in de jaren 1870 vermaakt voor verkleeddoeleinden, waarbij de japon à la polonaise gedragen is. Daarna is de japon uit elkaar gehaald en in het museum 'gerestaureerd'. Of de japon daadwerkelijk een ouder model heeft gehad is niet goed aan te tonen. Hoewel dit wat de stof betreft mogelijk zou zijn, zijn er weinig duidelijke sporen aanwezig. In dit type sporen blijven dergelijke sporen ook niet goed aanwezig. Het lijfje is om onduidelijke redenen verlengd, dit is vermoedelijk wel in de achttiende eeuw gebeurd. Het lijfje is langs de voorpanden ingevouwen geweest. Hier zijn kleine lapjes stof gebruikt, wat erop wijst dat er weinig stof beschikbaar was. Onduidelijk is waar deze stof vandaan kwam. Mogelijk is de japon aan het eind van de achttiende eeuw gedragen met een breed ceintuur, waar de punt onderuit kwam. In dat geval vielen de kleine stofdeeltjes niet zo op. De taillehaken zijn negentiende-eeuws. Bij het vermaken voor verkleeddoeleinden zijn diverse aanpassingen gedaan, waarvan de duidelijkste veranderingen in de japonrok zichtbaar zijn. In de japonrok zijn banden aangebracht om de japon drie 'pouffen' te kunnen geven. Deze bandjes zijn niet origineel. Één van de bandjes trekt de verkeerde kant op, daarbij zitten dergelijke 'pouffen' in de achttiende eeuw nooit in het midden van een anglaisejapon, maar juist aan de twee zijkanten. In de jaren 1870 drapeerde men de rokken daarentegen juist naar achteren. Ook de stof met kettingchiné past in de smaak van de jaren 1870. Volgens de oude inventariskaart is de japonrok in 1959 door het museum opnieuw aan het lijfje gezet en is de rok opnieuw geplooid. Bij het opnieuw aanzetten van de japonrok lijkt niet goed te zijn gekeken naar de positionering van de japonrok aan het lijfje. Deze zit in de huidige staat veel te ver naar achteren. Dit kan in de jaren 1870 ook zo gedaan zijn, gezien men in deze periode de draperieën graag naar achteren wilde hebben. Mogelijk is er bij de rok een stuk afgeknipt, dit oogt slordig en niet-achttiende-eeuws. De huidige rokband is niet origineel, onduidelijk is of deze uit het museum afkomstig is of door verkleders is aangezet. Ook zijn er geen achttiende-eeuwse haken en ogen in de rokband aanwezig. De rok is een heel stuk verlengd, hiervan zijn naaisporen bovenin zichtbaar. Het opnieuw plooien van de rok in 1959 is op achttiende-eeuwse wijze gebeurd, waarbij de plooitjes naar elkaar toe gaan. Middenvoor hoort de rok echter glad aangezet te zijn, dat is in de huidige staat niet het geval. De roklengte verschilt in de huidige staat aan de voor- en achterkant, wat sugereert dat de rok achterstevoren gedragen is.

Robe à l'anglaise bestaande uit een overkleed en rok van crèmekleurige zijde met ingeweven roze en witte satijnstrepen; in de strepen chiné-motiefje (tulpje) in rood, groen en bruin. Nauwsluitend lijfje met aan de voorzijde twee gladde, uit een stuk vervaardigde pandjes, die onder de taille in een recht afgeknotte punt uitlopen. Sluiting met haken en ogen. Het lijfje heeft zowel aan voor- als rugpand een ronde halsuitsnijding. De japon heeft zeer lange, nauw om de arm sluitende, in model geknipte mouwen, die bestaan uit een boven- en een ondermouw. Aan de onderrand zijn de mouwen afgezet met een ruche van wit gaas met daaraan een kloskantje. De mouwen sluiten met knoop-van de stof van de japon vervaardigd- en knoopsgaten. Het rugpand van het lijfje bestaat uit vier aparte pandjes, waarvan de twee middenpandjes, eindigend in een lange punt, in de rok doorlopen. Het rokgedeelte is in de rug dus aan het lijfje geknipt en wel zodanig, dat de stof ter weerszijden van de doorlopende middenpandjes in is geknipt en met platte plooien aan het lijfje is gezet. Het rokgedeelte, uitlopende in een klein sleepje, is slechts over 1/3 van de breedte van het voorpand aangezet. De rok sluit aan weerszijde met haak en oog. opm.De rok is uit de band gehaald. Het overkleed is met wit linnen (?) gevoerd, en heeft 5 paar strikjes, bevestigd aan de voering, wellicht om het rokgedeelte op te nemen. In de rug van het lijfje zijn baleinen bevestigd. Ook de rok is met linnen gevoerd. Bij verwerving was het rokgedeelte van het overkleed losgetornd (dit is in 1959 weer aangeregen), de rok was uit de band gehaald.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie