Robe à la française, bestaande uit overkleed en rok, van grijs zijden damast met veelkleurige gebrocheerde bloemmotieven

 

Overjapon met onderrok, grijze zijden damast met gebrocheerde kleurige bloemen. Overjapon met pli-Watteau; voor geheel openvallend; diepe plooien opzij in de taille, ruimte gevend aan een kleine...

Doorzoek de website met tags
Objectnummer
1037641
Instelling
Kunstmuseum Den Haag
Periode
1760/1780

Overjapon met onderrok, grijze zijden damast met gebrocheerde kleurige bloemen. Overjapon met pli-Watteau; voor geheel openvallend; diepe plooien opzij in de taille, ruimte gevend aan een kleine heupverbreding. Tussen deze plooien aan weerskanten een zijsplit. Mouwen tot de elleboog afgezet met dubbele engageante stroken, waarvan de onderste met lichtgrijze zijde is gevoerd. De voorpanden zijn op het lijfje ingevouwen tot een diepe plooi in de vorm van een brede rand, die vanaf de rug over de schouder langs de voorkanten doorloopt in de rok. Onder deze plooirand zijn de mouwen ingezet. Tussen de plooiranden is ruimte om een borstlap te spelden. Het lijfje en de mouwen zijn gevoerd met wit linnen. Deze voering is aansluitend onder de rugplooien; middenvoor sluit het voeringlijfje met een rijgveter door nestelgaatjes. De rijgveter ontbreekt. De pli-Watteau en de rok zijn gevoerd met rood/geel gestreept mengweefsel (zijde met vermoedelijk linnen). De rok is in platte plooien in een dubbelgevouwen blauwe linnen band genaaid. De twee zijsplitten sluiten met een haak en oog. De haken zijn origineel, de ogen niet. Ook de taillebanden aan de rok zijn vermoedelijk niet origineel. De rok is geheel gevoerd met wit rood gestreept linnen. Opzij is iets extra lengte nodig om de rok over een kleine heupverbreding overal even lang te laten vallen. Om daarvoor geen extra hoogte van de kostbare zijde te gebruiken, zijn de rokbanen daar op de voering genaaid, zodat bij de zijsplitten de voering zichtbaar is. Bij het dragen van de japon valt dit gedeelte onder de overjapon. De rok is middenvoor onderaan versierd met een gefronste strook van de stof die in gebogen lijn is opgenaaid. Deze strook en de engageantes zijn afgezet met een smal galon. Bijzonder is dat in de rechter zijkant van de onderrok aan de bovenkant van de rokbaan, die bij de zijsplit op de voering is genaaid een rand van gele blokjes zichtbaar is. Deze rand doet denken aan een zelfkant, maar deze blokjes liggen in de weefrichting, dus het gaat vermoedelijk om het begin van het weefsel. Ondermouwen: bij de japon zijn ondermouwen geschonken, die oorspronkelijk in de japonmouw genaaid waren. Deze mouwen zijn 18e of vroeg 19e eeuws. Zij zijn van onversierd linnen, handgenaaid, wijd en bij de pols in heel fijne plooitjes in een strak, smal polsbandje genaaid. Bovenaan zijn zij gemerkt met “W 3 “ in kruissteekjes van blauw garen. De bovenkant van de mouwen is schuin omgevouwen en daar tegenaan is met grote steken een gerimpeld stukje kant genaaid. Dit is niet origineel en gedaan voor verkleden of opstellen, waarbij dan vermoedelijk de polsband om de arm werd geschoven en de wijde kant uit de mouw stak. De mouwen zijn uit de japon gehaald. N.B. De eerder bij deze japon geïnventariseerde onderrok C behoort niet bij dit kostuum.

Driedelig dameskostuum van grijze gedamasceerde zijde met ingeweven veelkleurige bloemen, bestaande uit robe, bovenrok en onderrok. a) Robe met pli-Watteau. Open van voren, sluit niet helemaal (ruimte voor stomacher). Driekwartmouwen met twee engageantes van dezelfde stof. Ondermouwtje van wit linnen dat iets uit de mouw steekt. Bij inzet mouw afgezet met kloskantrandje. Rokgedeelte zijkanten taille sterk geplooid en gedeeltelijk open voor paniers. Achter hals recht en pli-Watteau. Binnenvoering lijfgedeelte van wit linnen met los voorlijfje. Mouwen gevoerd met ivoorkleurige zijde. Rokgedeelte gevoerd met gestreepte goud/roodkleurige zijde/linnen. Sluiting binnenlijfje met veterrijging. Beide ondermouwen gemerkt met blauwe kruissteekjes 'W3'. b) Bovenrok van dezelfde stof. Sterk geplooid aan de taille gezet. Tailleband van blauw linnen bandje. Beide zijkanten gedeeltelijk open. Sluit met haak en oogje. Binnenvoering van rood/wit gestreept linnen. c) Onderrok (niet zeker of bijbehorend) van satijn, gestreept in de kleuren roze, wit, geel, blauw en groen. Sterk geplooid. Het buikgedeelte heeft geen plooien. Aan grof linnen band gezet. Rechter zijkant open. Sluit met haken en ogen. Voering van grof roze/wit gestreept linnen.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie