Oorijzer met gouden stiften uit Noordoost-Nederland, 1876

Zilveren beugel met roodgouden stiften in opengewerkt cantillewerk. Het ijzer is waarschijnlijk gedragen in Drenthe. De stiften vertonen echter grote overeenkomst met de stiften zoals die rond 1870 ook in Groningen in de mode waren. De vervaardigers van beugel en stiften zijn onbekend. Halverwege de negentiende eeuw kreeg het Groningse oorijzer zijn grootste afmeting. Het oorijzer was zo breed geworden dat het bijna de hele schedel bedekte. De twee bolle helften werden bovenop het hoofd door een kettinkje bij elkaar gehouden. Ook de stiften (de versieringen aan het uiteinde van het oorijzer) waren aan mode onderhevig en bereikten nu hun grootste vorm. Interessant is dat aan de ene kant beter gesitueerden de dracht aflegden, terwijl rijke boerinnen juist met extra streekgebonden juwelen gingen pronken.