Kokerrok met pauwen, vleugelmotieven en andere vruchtbaarheidsymbolen

 

Gesloten kokerrok in rood, wit en blauw. De badan heeft een algeheel semèn-motief. Het semèn-motief is een geheel aan symbolische motieven die verwijzen naar de betekenis van het woord:...

Objectnummer
TM-5663-139
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
ca. 1880
Herkomst
Semarang (regentschap)

Gesloten kokerrok in rood, wit en blauw. De badan heeft een algeheel semèn-motief. Het semèn-motief is een geheel aan symbolische motieven die verwijzen naar de betekenis van het woord: 'ontspruiten', of 'groeien'. Dit motief bevat zoveel symboliek dat het zowel staat voor vruchtbaarheid, als voor het Javaanse geloof in een kosmische orde (McCabe Elliot, 1984). In dit geval zijn op een achtergrond van celuki (kleine ranken) afwisselend dansende pauwen (merak njigel volgens Veldhuisen's registratie), mirong, en bergen afgebeeld. Pauwenkoppels zijn voor Europeanen het epitoom van huwelijkse trouw, daar ze altijd bij elkaar zullen blijven (Heringa, 1996). De mirong, twee vleugels tegenover elkaar, verwijzen naar de Garuda, het mythische half-vogel half-mensachtig dier dat de Hindoe god Vishnu naar de hemel rijdt. De garuda is een oud koninklijk symbool, en dus verboden voor gewone mensen om te dragen op hun kleding. Het refereert aan de zon en de hemel (McCabe Elliot, 1984; ,van Roojen, 1998). Tegenwoordig siert de garuda het officiële wapen van de Republiek Indonesië (Heringa, 1996). Bergen op semèn staan voor de heilige plaatsen van de goden (McCabe Elliot, 1984). De kepala bestaat uit een niet-traditionele compositie van tumpal en ruitvormen, die gevuld zijn met bloemen (tulpen?). De doek is gemaakt door Europeanen en was bestemd voor gebruik door alle culturele groepen.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie