Katoenen schouderdoek met afwisselend rijen van vijf vruchten en violen

Indo-Chinese doek, met een sierrand met bloemmotieven, en de badan ('lichaam') met afwisselend vijf stuks fruit (durian?, Indonesische vrucht) en vijf violen (gitaren volgens de verzamelaar). De sierrand is imitatie-kant (booh, Heringa, 1996), en de uiteinden hebben imitatie-franje: seret. De doek was bestemd voor gebruik door alle culturele groepen. In Lasem was een groot deel van de batik voor de export naar Sumatra bestemd. De batik produktie was grotendeels in handen van de Peranakan (van Hout, 2001).