Indigoblauwe jurk bedrukt met bladmotief

Katoenen of wollen onderrokken worden vanaf 1841 vervangen door crinolines. Deze stijve onderrokken uit paardenhaar bieden meer steun aan de jurken die steeds wijder worden. De rok van deze fijn wollen jurk is aangefronst en heeft vooraan een versiering met lint en bloemen die uit dezelfde stof zijn gemaakt. Het lijfje loopt in een punt en heeft een smockversiering. Nieuw zijn de pagodemouwen die aan de bovenarm smal beginnen en dan wijder uitlopen. Hieronder worden losse witte ondermouwen van batist gedragen, afgeboord met kant. De indigoblauwe jurk is bedrukt met een bladmotief in bruin en geel, een techniek die mogelijk gemaakt werd door de ontdekking van chroom in het begin van de 19e eeuw.