Hoed

Een modern, rond en plat hoofddeksel dat deel uitmaakt van de traditionele vrouwelijke Quechua dracht uit Cuzco. De versiering is traditoneel en duidelijk geïnspireerd op de oudere montera nr. 5387-33. Het hoofddeksel bestaat uit een zijwand van samengebonden en rondgebogen bundeltjes gedroogd gras. De wand is naar onderen en naar binnen toe afgeschuind. Deze wand is overspannen met een rode geweven stof. De cirkelvormige opening die de wand aan de onderkant vrijlaat (bestemd voor het hoofd) is overspannen met een stuk groene geweven stof. Aan de rand van deze opening is een veelkleurig geweven bandje, dat onder de kin geplaatst wordt, bevestigd. De bovenkant van het hoofddeksel is strak overspannen met een groen weefsel, dat in het midden een gat heeft om ruimte te creëren voor de bovenkant van het hoofd. Door deze opening is de groene stof die over de opening aan de onderkant zit te zien. Bij oudere hoofddeksels is er niet zoals hier sprake van één stuk stof, die zowel van onderen als van boven zichtbaar is, maar van twee (zie nrs. 538-33 en 5387-13). De versiering bovenop het hoofddeksel staat duidelijk in een traditie (zie nrs. 5387-13 en 5387-33); de uitvoering is echter vereenvoudigd. Op de bovenkant ligt gedeeltelijk langs de rand een ongeveer 2 cm. brede veelkleurige band (zoals het bandje dat onder de kin bevestigd dient te worden; zie ook nrs. 5387-29c en 5387-29b, nrs. 5387-30c en 5387-31b). Op vier plaatsen springt de band naar het midden V-vormig in. Deze V-vormen zijn met elkaar "verbonden" via een kruisvorm van dezelfde band die op de groene stof, zichtbaar door het gat bovenin, genaaid is. Langs deze V-vormen is een golvend bandje genaaid dat waarschijnlijk de op oudere hoofddeksels voorkomende driehoekjes moet represen- teren. Op vier plaatsen, daar waar de veelkleurige band langs de rand loopt, zijn loshangende driehoekjes (hoogte ca. 1,5 cm.) bevestigd. Deze hebben paarsgewijs de kleuren: lichtrood, donkerblauw, wit en donker- rood. Tevens zijn er twee, tegenover elkaar zittende, blauwe driehoekjes aangebracht naast de voornoemde driehoekjes. Deze hoed maakt deel uit van een set traditionele vrouwenkleding uit Cusco, bestaande uit een montera (hoofddeksel nr. 5387-29a), een saco (kort jasje van bayeta nr. 5387-29b), een lliclla (manta of omslagdoek nr. 5387-29c), een pollera (rok nr. 5387-29e I en II). Ook een blouse wordt meestal gedragen. De blouse, de rok en het jasje zijn gebaseerd op de Spaanse boerenkleding. De omslagdoek is daarentegen van pre-Columbiaanse oorsprong.