Hanger met Oba

 

De Oba en sommige notabelen dragen een aantal hangers om hun middel. Deze taillehangers worden via één of meerdere lussen aan de bovenkant aan een koord bevestigd dat vervolgens om het middel...

Objectnummer
RV-1163-3
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
18e eeuw
Herkomst
Benin City

De Oba en sommige notabelen dragen een aantal hangers om hun middel. Deze taillehangers worden via één of meerdere lussen aan de bovenkant aan een koord bevestigd dat vervolgens om het middel wordt geslagen. Deze hangers zijn halfrond of U-vormig en zijn meestal veel platter dan de heupmaskers. Er staan mensfiguren of dieren in reliëf op afgebeeld. Op deze hanger zijn drie figuren afgebeeld. De middelste figuur wordt ondersteund bij de ellebogen door twee anderen aan weerszijden. Het tenue van de drie figuren is nagenoeg gelijk. Op de riem bevindt zich een voorstelling van kikkers of waterschildpadden, tussen de omslagdoeken meervallen. De middelste figuur heeft twee snoeren van koralen kralen gekruist over de borst, en staat op een hoofd. Uit de neusgaten van dit hoofd komen meervallen. Onder beide andere figuren zijn kikkers afgebeeld. De meervallen verwijzen naar Olokun, god van water en rijkdom. Deze vis leeft in de modder, tussen het water van Olokun en het land van de Oba. Als symbool van welvaart, vrede, welzijn en vruchtbaarheid is hij de tegenpool van de luipaard, het symbool van autoriteit en politieke macht. De voorstelling van meervallen of slangen die uit de neusgaten van een menselijk hoofd te voorschijn komen verwijst naar het geloof dat zij die magisch machtig zijn slangen uitbraken wanneer zij hun vijanden willen verslaan. Hangers werden aan de heupriem gedragen als versiering en aanduiding van de status van de eigenaar. Chiefs van alle rangen dragen heupornamenten. Een kralen halssnoer, gekruist op de borst (en rug) met op de kruising een kraal vormt onderdeel van de koninklijke sieraden die alleen de Oba (koning) en de koninklijke familie mochten dragen. Als zodanig vertegenwoordigen deze kralen de monarchie. Deze kralen dienden niet alleen ter versiering. Zij bezaten kracht, "ase", de kracht om een eed of vloek uit te spreken. Het feit dat de middelste figuur ondersteund wordt onder de armen duidt op een afbeelding van een Oba met twee begeleiders. Omdat het rijk door de Oba wordt ondersteund, dient hijzelf metaforisch ondersteund te worden door de belangrijkste waardigheidsbekleders van het rijk. Men neemt aan dat een dergelijke voorstelling de Oba weergeeft, begeleid door de troonopvolger (Edaiken) en de legeraanvoerder (Ezomo), beiden bloedverwanten van de koning, waarbij de eerste zijn oudste zoon zou zijn, en de andere de eerste Ezomo, zijn broer. De beide begeleiders werden ook vaak geïdentificeerd als Osa en Osuan (leden van de hogere priesterklasse). Terwijl de troonopvolger en de Ezomo de koning slechts assisteren ter gelegenheid van de troonsbestijging, zijn Osa en Osuan bij elke grote plechtigheid aan het hof de begeleiders die het dichtst bij de heerser staan. Ook hier treedt de balans tussen de bovenaardse en de socio-politieke macht van de koning weer op de voorgrond. Alleen deze balans kan een waarborg zijn voor het voortbestaan en de welvaart van het rijk.

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie