Gezichtssluier, behorende bij de vrijdagse kleding van een vrouwelijke hadji

 

Gezichtssluier met rotan hoofdband. Witte sluier met ingeweven motieven in zilverdraad en aan de onderzijde een floraal motief. Mogelijk vervaardigd op de Arabisch Schiereiland en daar vandaan...

Objectnummer
TM-H-242d
Instelling
Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen
Periode
voor 1884
Herkomst
Priangan

Gezichtssluier met rotan hoofdband. Witte sluier met ingeweven motieven in zilverdraad en aan de onderzijde een floraal motief. Mogelijk vervaardigd op de Arabisch Schiereiland en daar vandaan meegenomen door een pelgrim. Plantagehouder Karel Holle schonk in 1884 twaalf kostuums uit de Priangan-regio in West-Java aan het Koloniaal Museum in Haarlem. Deze behoort bij een "vrijdagsch pak van een gewonen hadji, vrouw". In 19e-eeuws Indonesië onderscheidden mannen en vrouwen die de hadj, de bedevaart naar de heilige plaatsen in en rond Mekka, hadden volbracht zich soms van de rest van de bevolking door de kleding die zij droegen. Deze zogenaamde hadji-kleding werd tijdens de pelgrimstocht gekocht op het Arabisch Schiereiland of in Indonesië gemaakt in Arabische stijl. De sluier kon als ihram-kleding gedragen worden. De rotan hoofdband zorgde er dan voor dat de stof van de gezichtssluier het gezicht niet raakte. Dit is in overeenstemming met de hadiths over de kledingvoorschriften voor vrouwen tijdens de hadj, namelijk dat geen textiel het gezicht mocht raken. Door de stof een eindje van het gezicht af te dragen, kon men toch tijdens de hadj een gezichtssluier dragen (Vogelsang-Eastwoord 1996: 129-131).

Aanvullingen

Vul deze informatie aan of geef een reactie

Reactie