De "foarpeldook" ofwel borstlap, bedekte de borst en werd soms onder, maar meestal boven "het onderst oerlof" gedragen. Voor uit de rouw waren de foarpeldooken vervaardigd van fraaie bonten;...
De "foarpeldook" ofwel borstlap, bedekte de borst en werd soms onder, maar meestal boven "het onderst oerlof" gedragen. Voor uit de rouw waren de foarpeldooken vervaardigd van fraaie bonten; geruite of gestreepte Oost-Indische stoffen.In de rouw was de doek van een bont in donker- en lichtblauwe tinten. In verschillende stadia, die jaren in beslag kon nemen, ging men van zeer zware rouw over tot zware, minder zware, lichtere, lichte en zeer lichte rouw. Totdat men tenslotte de rouwkleding uit kon laten.Met Pinksteren droeg men een foarpeldook van rode baai of karmijnrood laken.Bij het kind werd de "foarpeldook foar de poppe" om de hals gebonden; het kwijldoekje. Borstlap (foarpeldook) rood met witte ruiten In 1778 denkt een reiziger dat hij een Aziatische kolonie betreedt wanneer hij de kleding van de Hindelooper vrouwen en kinderen ziet. De katoenen en zijden stoffen, die de V.O.C.-schepen aanvoeren, waren in het hele land geliefd. Exotische namen als douras, hamman en salempoeri gaven de herkomst, de afmetingen en het patroon van de stoffen aan. Met name sits, beschilderd met kleurrijke bloempatronen viel in de smaak. De 'Japonse rok', een soort kimono, werd zeer populair als kamerjas voor heren van stand.
Aanvullingen
Vul deze informatie aan of geef een reactie
Reactie